Astronomie

De Andromedanevel M31

Geplaatst door Bert Carrein - Laatst gewijzigd op 05 februari 2010

De Andromedanevel (M31) is een sterrenstelsel met een spiraalvormige structuur, in het sterrenbeeld Andromeda. Het stelsel heeft dezelfde vorm als de Melkweg, maar is wel een stuk groter. De afstand wordt geschat tussen 2,4 en 2,9 miljoen lichtjaren, de diameter op ca. 250.000 lichtjaren. De massa wordt geschat op 300 tot 400 miljard zonsmassa's, de totale massa inclusief de halo op 1,2 biljoen zonsmassa's. Vergeleken met de laatste schattingen van de totale massa van ons eigen melkwegstelsel, die 1,9 biljoen zonsmassa's bedraagt, zou dus M31 wat lichter zijn, en veel minder dicht. Samen met het Melkwegstelsel en een aantal kleinere sterrenstelsels vormt het de Lokale Groep.

De opbouw is als bij de Melkweg: in de spiraalarm vinden we lichtende nevels en stofwolken. De sterbevolking is die van groep I en vormt met de gasmassa's de spiralen en geeft 90 % van het licht van het hele stelsel. Zelfs op de foto's van de Hale-telescoop zijn alleen de reuzensterren te onderscheiden. Door verschillende foto's onderling te vergelijken vindt men veranderlijke sterren, onder andere de Cepheïden. Verder ziet men een groot aantal bolvormige sterrenhopen, die bij dit stelsel horen. De kern is zeer transparant, hier is dus geen stof aanwezig. Waarnemingen met de Hubble-ruimtetelescoop suggereren een dubbele kern, wat het gevolg zou kunnen zijn van een botsing met een ander melkwegstelsel in de vroege geschiedenis van de lokale groep.

Fotografisch heeft men in M31 een groot aantal nova ontdekt en men heeft het aantal nova-uitbarstingen voor het gehele stelsel geschat op 26 per jaar. M31 bezit twee satellietsystemen, voorbeelden van elliptische sterrenstelsels: NGC 221 of M32 en NGC 205 of M110. De heldere vlek in de spiraalarm linksboven op de foto is ooit door William Herschel aangezien voor een aparte nevel, en heeft daarom een eigen aanduiding gekregen, NGC 206.

De Andromedanevel is (behalve de Melkweg) het enige sterrenstelsel, en daarmee ook het verste object, dat onder gunstige omstandigheden met het blote oog gezien kan worden. Hij is een stuk groter dan de volle maan, maar natuurlijk veel lichtzwakker. Door de lichtvervuiling in de grote steden is hij daar niet of nauwelijks zichtbaar. Met een verrekijker of kleine telescoop is hij goed te zien. Om de helderste bolhoop, G1, te kunnen zien is een redelijk grote amateurtelescoop met een diameter van 25 cm nodig.

In 1923 toonde Edwin Hubble aan dat de Andromedanevel geen stofwolk of ander object is binnen de Melkweg, maar een apart sterrenstelsel. Voor die tijd was er twijfel over de ware aard van de "spiraalnevels" en nam men aan dat de Melkweg het enige sterrenstelsel in het heelal was en dat de spiraalnevels objecten hierbinnen waren.

astronomie sterrenkunde ruimtevaart nieuws